“CZOM past prima in onze praktijkvisie”

“Ik ben bijna dertig jaar werkzaam als huisarts en heb altijd de overtuiging gehad dat we de verantwoordelijkheid in onze zorgverlening waar mogelijk bij onze patiënten moeten neerleggen,” zegt huisarts en praktijkhouder Hans Janson (Huisartsenpraktijk Parkzoom, Bergschenhoek) stellig. “Als je te veel dingen gaat overnemen, gaat de patiënt daar vol op leunen. Maar in veel gevallen kunnen mensen het nodige zelf doen. Dat geldt zeker bij chronische aandoeningen, waarbij leefstijl en gedragsveranderingen een grote rol spelen. Door die verantwoordelijkheid deels bij de patiënt neer te leggen, wordt de patiënt zich meer bewust van de eigen gezondheid en wat hij daar zelf voor kan doen. Via deelname aan het programma Chronische Zorg Op Maat willen we ontdekken wat we in onze zorg kunnen verbeteren. We hebben gekozen voor de bouwstenen ‘eigen regie en zelfmanagement’, ‘thuismetingen’ en ‘haalbare belasting van het team’.

Zelfmanagement neemt zienderogen toe

“Het is een leuk, inzichtelijk programma om mee bezig te zijn. In het kader van eigen regie en zelfmanagement hebben we patiënten bijvoorbeeld vragenlijsten gestuurd, daar hebben we veel respons op gekregen. Mensen geven aan dat ze meer verantwoordelijkheid ervaren als waardevol; ze zijn enthousiast en dat is logisch. Ze weten beter hoe ze hun bloeddruk moeten meten en kunnen dat prima thuis doen. Daarbij kunnen ze de uitslagen goed interpreteren, waardoor ze zich dikwijls minder zorgen hoeven te maken. Het boeken van zulke kleine succesjes is heel motiverend. We merken dan ook dat het zelfmanagement zienderogen toeneemt. Steeds meer patiënten hebben een bloeddrukmeter thuis, leveren hun waarden bij ons aan en zijn daar tevreden over.”

Soms is persoonlijk contact prettiger 

“Chronische zorg blijft echter maatwerk. Patiënten die het prettig vinden om toch bij vier keer per jaar bij ons voor een bloeddrukmeting langs te komen, blijven van harte welkom in de praktijk. Dat geldt ook voor de patiënten bij wie het niet goed gaat, die pikken we er wel uit. Het stimuleren van leefstijlverandering blijft complex, vanzelfsprekend blijven we waar nodig uitleg en begeleiding bieden. Mede daarom vind ik persoonlijk contact soms prettiger dan digitaal.”

Het ‘andere’, persoonsgerichte gesprek

Maar daarvoor moet je je patiënten kennen én vinger aan de pols houden, stelt Hans. De POH’s in de praktijk hebben daarbij een belangrijke taak, waarbij CZOM ondersteunt om de zorg aan te scherpen. “Onze POH’s zijn geschoold en ervaren, kennen de patiënten. Zij voeren het ‘andere’, persoonsgerichte gesprek, blijven uitleggen waarom gedragsverandering nodig is, wat daarbij belangrijk is en wat niet. Zij werken met het protocol ‘Zorg op maat’ en benutten informatie over verschillende leefstijlinterventies.  
Soms wordt het ‘spinnenweb’ ingezet met opvallende bevindingen.

De uiteindelijke belasting op deze nieuwe werkwijze levert in de praktijk meer tijdwinst op, met grote tevredenheid voor personeel én de patiënt. Feitelijk heeft dit programma alles te maken met hoe je, samen met je team, je praktijk inricht. De gekozen bouwstenen passen goed bij onze langer bestaande praktijkvisie op chronische zorg; ze hebben alleen maar geresulteerd in verbetering en meer tijd voor de patiënt.”